Voor 4 personen Ingrediënten voor de kabeljauwsalade:
- 4x 150 gram kabeljauw met huid
- boter en olijfolie om de kabeljauw in te bakken
- 200 gram gekookte rode bieten
- 300 gram gekookte roseval-aardappels
- frisse sla
- lollo rosso sla
- lollo verde sla
- 2 bakjes mosterdcress (net als taugé en alfalfa een pittige kiemgroente)
Ingrediënten voor de frambozendressing:
- 1 deciliter frambozenazijn
- 3 deciliter olijfolie
- 100 gram verse frambozen
- een beetje mosterd
- peper en zout
- naar smaak kunt u wat suiker toevoegen als u de dressing te fris vindt
Was de slasoorten en laat ze uitlekken. Maak de rode bieten schoon en snijd ze in plakjes of kleine blokjes. Kook de aardappels met wat zout, schenk ze af zodra ze gaar zijn, laat ze afkoelen en snijd ze in blokjes. Zout de kabeljauw aan de velzijde, dit is om te zorgen dat het vel krokant wordt. Neem dan een pan met een antiaanbaklaag, doe er een klein beetje boter in met een klein beetje olie (zodat de boter minder snel verbrandt). Leg als de boter heet is de kabeljauw met de velzijde in de pan. Als de velzijde mooi bruin is, de kabeljauw omdraaien en de vis met pan en al 6 minuten in een voorverwarmde oven van ongeveer 150 graden zetten (dit kan iets korter of langer zijn, afhankelijk van de dikte van de kabeljauw). Schik intussen de salade op een mooi bord. Dit gaat als volgt: neem van de gewassen sla de mooie stukken zonder nerf, meng ze in een kom en leg de gemengde sla in het midden van het bord. Leg hier omheen de rode bieten en aardappels. Meng in de keukenmachine de frambozenazijn, frambozen, peper en zout en een klein beetje mosterd op de hoogste stand. Voeg al mengend langzaam de olie toe tot een licht gebonden dressing ontstaat. Neem de pan met kabeljauw uit de oven en laat de kabeljauw op een stuk keukenpapier uitlekken. Leg de vis op de salade, schenk wat dressing over de sla en bestrooi het geheel met mosterdcress.
