Speuren naar sporen van hert, sneeuwhaas en meer – in de Oostenrijkse bergen

Marloes Blom

1 februari 2021

berggids

Sneeuwschoenen ondergebonden, thermosfles hete thee in de rugzak en hup, de metershoge sneeuw in. We zijn op stap met de Nederlandse berggids Ron Kapteyn, om in de Oostenrijkse bergen te zoeken naar sporen van hert, sneeuwhaas, gems en zijn grotere ‘broer’ de alpensteenbok.

berggids

Zoeken naar gemzen: een kwestie van geduld

Ergens tegen de donkere bergflanken moeten ze lopen. Gemzen. De afdrukken van hun hoefjes staan kriskras in de sneeuw om ons heen. Het is een kwestie van tijd voordat we de dieren die deze sporen hebben achter­ gelaten ook werkelijk zien. Berggids Ron Kapteyn had ons al gewaarschuwd: wilde dieren zijn in de winter kwetsbaarder en daarom ook schuwer. Gemzen en de zeldzamere alpensteenbokken houden zich ’s winters hoger in de bergen schuil. In dat seizoen verruilen de gemzen hun lichtbruine vacht voor een donkere variant. Zo vallen ze vrijwel weg tegen de net zo donkere berg­ flanken. Wil je ze toch spotten, dan moet je vooral geduldig zijn. Blijf stilstaan en speur langzaam een stuk berg af of je ergens iets ziet bewegen. Ongemerkt zijn we al zeker drie kwartier in de sneeuw aan het wandelen. Het is het einde van de dag en het begint al te schemeren. Af en toe blijven we stilstaan en draaien langzaam om onze as om niets te missen. Daar rechts in de hoogte, vlak bij die geknakte lariks, is dat niet… of lijkt het maar zo? Hebbes: het is een mannetjesgems. We herkennen hem aan zijn licht naar achteren gekromde horens. Nu we hem eenmaal in het vizier hebben, zien we dat hij niet alleen is. Er scharrelen nog drie gemzen boven en onder hem. Ze doen zich te goed aan mos, wat plukjes gras en de schors van een lariks. Onze ogen zijn nu blijkbaar beter geoefend, want verderop zien we nog een plukje gemzen. Ze lijken ons niet door te hebben, maar waar­ schijnlijk hebben ze ons al veel eerder opgemerkt dan wij hen. Gemzen zijn niet alleen kampioen bergkleven, ze beschikken ook over een buitengewoon goed reuk­ en zichtvermogen. berggids

Op pad met de berggids

Onze uitvalsbasis is het dorpje Mallnitz, midden in het Nationalpark Hohe Tauern. Een dik besneeuwde berg­ wereld van 1850 km2 met gletsjers en bevroren berg­ meren. We gaan vandaag op stap met de Nederlandse berggids Ron Kapteyn. Ron staat ons ’s morgens vroeg op te wachten en samen rijden we naar de Jamnigalm, een 1600 meter hoog gelegen bergweide met zicht op de Vorderer Geisslkopf van bijna drie kilometer hoog. Beneden in Mallnitz was het al wit, maar hier is het wit bijna oogverblindend. We klikken op aanwijzingen van Ron onze bergschoenen vast op de sneeuwschoenen. Nog een beetje onwennig zetten we onze eerste stappen op de knisperende sneeuw. Nergens nog voetafdrukken; we voelen ons bijna bezwaard om deze ongerepte wereld te betreden. Ron wijst ons op de borden die wandelaars manen tot stilte om de wilde dieren niet te verstoren. “De dieren hebben het ’s winters zwaar. Er is weinig voedsel. Sommige, zoals de marmotten, houden een winterslaap, andere kunnen door slimme trucs toch aan eten komen. Reeën en herten worden nu bij­ gevoederd. Normaal gesproken kunnen ze met hun hoeven en geweien de grond vrijmaken van sneeuw om zo gras of mos te grazen. De sneeuw ligt nu zo hoog dat daar geen beginnen aan is. Gemzen en steen­ bokken kunnen wel zelfstandig de winter doorkomen. Ze kunnen veel hoger klimmen.” berggids

berggids

Als jongen kwam Ron Kapteyn al met zijn familie in de Oostenrijkse bergen om er te wandelen. Hij voelde zich er zo thuis dat hij later met zijn vrouw en gezin naar Karinthië verhuisde. Al ruim vijftien jaar is hij hier ranger in het Nationalpark Hohe Tauern en organiseert hij (meerdaagse) wandeltochten dwars door de bergen en over landgrenzen heen.

Dwaalsporen van een sneeuwhaas

We beseffen pas hoe hoog de sneeuw ligt als we over een bruggetje lopen. De brug zelf is onzichtbaar, onze sneeuwschoenen raken de bovenkant van de leu­ ningen. Het is een van de redenen om met een berg­ gids op pad te gaan. De bordjes met de wandelroutes zijn diep onder de sneeuw verdwenen. Je moet de omgeving wel op je duimpje kennen om hier veilig te kunnen lopen. Ron wijst naar sporen die in een cirkel lopen. Alsof het dier in de lucht is opgelost. Misschien slachtoffer geworden van een roofvogel? “Nee, dit zijn de sporen – of beter gezegd: prenten – van een sneeuwhaas. Je kunt ze makkelijk herkennen omdat een haas met zijn lange achterpoten voorbij zijn voorpoten springt. Je ziet dus eerst twee langwerpige stappen naast elkaar en daarna twee losse stappen achter elkaar. Ze laten grotere afdrukken achter dan een gewone haas, dat komt door de dik behaarde poten die fungeren als sneeuwlaarzen. Sneeuwhazen zijn ook perfect gecamou­fleerd. ’s Zomers zijn ze lichtbruin en ’s winters wit. Om het hun achtervolgers nog lastiger te maken, zetten ze dwaalsporen uit zoals deze sneeuwhaas. Die is in zijn eigen prent een paar passen achteruitgesprongen en heeft vervolgens een heel grote sprong in een andere richting gedaan om daar weer verder te rennen.” Vlak bij het hazenspoor loopt een lang, smal spoor. “Daar heeft een vos gelopen, die zat de sneeuwhaas misschien wel achterna. De prent van een vos lijkt op die van een kleine hond, maar is slanker en langer. Een vos heeft ook een andere gang dan een hond: de pootafdrukken staan in een lijn achter elkaar.”

Alpendennen van 1200 jaar

We klimmen traag, maar gestaag en nemen regelmatig een korte pauze om van onze omgeving te genieten. Wat een ongelooflijke stilte in deze wonderlijk witte wereld die alleen onderbroken wordt door het bruin en groen van bomen. Omdat er in de wijde omgeving zo weinig afleiding is, ga je vanzelf meer zien. De afgeronde vormen die de sneeuw heeft aangenomen bijvoorbeeld. De wind die door het dal blaast en om de rotsen circuleert heeft het landschap gemodelleerd. We zien ook geknakte bomen, slachtoffers van de lawines die hier met regel­ maat voorkomen. We zijn zeker een uur onderweg en, behalve een een­zame toerskiër, zijn we nog niemand tegengekomen. Nu we met de afdaling de wind in de rug hebben, voelen we de warmte van de zon. Ron gebaart naar alpen­ dennen die er lenteachtig fris uitzien. Hun naalden voe­len soepel aan en ruiken aromatisch. “Je zou het niet zeggen, maar alpendennen kunnen twaalfhonderd jaar oud worden. Op deze hoogte groeit alles heel langzaam. In deze streek gebruiken we de naalden en de olie uit de naalden, dennenappels en takjes al eeuwenlang als natuurlijk ontspanningsmiddel en luchtzuiveraar.” Door het bos bereiken we de plek waar we vertrokken zijn. De sleetjes voor de tocht naar beneden staan al klaar. Op ons gemak roetsjen we naar beneden, de sneeuw stuift om onze lachende gezichten. Straks wacht ons een kom dampende soep bij het buiten­ vuurtje, is ons beloofd.

berggids

De witte wereld wordt alleen onderbroken door het bruin en groen van bomen.

Ook speuren naar sporen in de sneeuw – zodra we weer kunnen reizen? Via nationalpark-hohetauern.at en/of gatternighof.com is berggids Ron Kapteyn te boeken.

Reiswijzer

Reizen naar Mallnitz, Karinthië Mallnitz ligt op zo’n elf uur rijden van Utrecht. De dichtstbijzijnde luchthaven is Salzburg. Logeren In Mallnitz verbleven we in de comfortabele appartementen Hochoben; vrijstaande huizen waarvan enkele op het terras een hottub hebben staan. Hochobens restaurant zet op verzoek ’s morgens een uitgebreid ontbijt voor de deur. Eten Authentiek eten, rechtstreeks van de eigen boerderij, kan bij het gezellige restaurant Stockerhütte. Ze serveren er ook het beroemde dessert Kaiserschmarrn (stukjes licht gekaramelliseerde pannenkoek met appelcompote). Restaurant Bergkristall in Mallnitz biedt een verfijndere keuken. Doen Langlaufen. Mallnitz ligt aan een fraaie langlaufroute. Vanuit het dorp ontsluiten vijf verschillende loipes het Seebachtal en het Tauerntal. Latten en stokken zijn te huur bij de plaatselijke sportzaken, waar eventueel ook een korte workshop te volgen is. Sleetjerijden kan op de rodelbaan Mallnitz-Jamnigalm (3,5 km), een van de langste, verlichte rodelbanen van Karinthië. Schrothkuur in een spa. De spa in het buurdorpje Obervellach biedt een originele Schrothkuur aan; een ontgiftende behandeling die al bijna 200 jaar in gebruik is. De kuur bestaat onder meer uit een gezond dieet (inclusief wijn!), massages en pakkingen met vochtige doeken. berggids berggids berggids CREDITS: TEKST MARGRIET DE GROOT FOTOGRAFIE PAULINE JOOSTEN M.m.v. austria.info en kaernten.at.

Meer mooie reizen

Seasons 2021-1 Meer beelden van deze reportage vind je in Seasons januari – met als thema Home Sweet Home. Met daarin ook:

  • Maak decoraties met droogbloemen
  • Bak verwarmende recepten met ui
  • Binnenkijken in een winterse hide-away en een cosy cottage bij Kaapstad
  • Upgrade katoen met indigoblauw

En nog veel meer. Je bestelt Seasons januari eenvoudig online – en betaalt geen verzendkosten.

WORD ABONNEE

Recente editie


Schrijf je in voor de nieuwsbrief!

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."



Meer Overig