Nagerecht voor 6-8 personen Ingrediënten:
- 6 blaadjes witte gelatine
- 1 vanillestokje
- 750 milliliter slagroom
- 100 gram suiker
- 250 gram dadels
- 250 gram gewelde abrikozen
- sap en rasp van een halve citroen
- 2 eetlepels strega (sinaasappellikeur)
- 2 eetlepels verse munt, fijngehakt
- sap van 1 sinaasappel
- 3 eetlepels balsamicoazijn
- 1 theelepel kaneel
- 3 eetlepels appelstroop
- 6-8 vormpjes in de vorm van vissen, inhoud 125 milliliter
Panna cotta is een klassiek romig puddinkje dat in Italië vaak als dessert wordt geserveerd bij feestelijke gelegenheden. De gedroogde zuidvruchten geweld in sinaasappelsap en – -likeur maken van dit romige visje een echte mooie afsluiter van een kerstdiner. Week de gelatine 10 minuten in een kom met koud water. Snijd het vanillestokje open. Breng in een pan de helft van de room met het vanillestokje aan de kook en laat de room 5-8 minuten heel zachtjes pruttelen. Neem het vanillestokje uit de room, schraap de zwarte zaadjes eruit en roer deze weer door de room. Voeg de suiker toe en los deze al roerend op in de room. Knijp de blaadjes gelatine goed uit en los ze ook al roerend op in de room. Laat dit roommengsel afkoelen tot het geleiachtig begint te worden en ongeveer de dikte heeft van ongeklopt eiwit. Klop de rest van de slagroom stijf en spatel deze luchtig door het gelatinemengsel. Vet de vormpjes dun in met een beetje olie en schenk het roommengsel erin. Laat de panna cotta in de koelkast in 1-2 uur stevig worden. Halveer de dadels en verwijder de pitten. Snijd de dadels en abrikozen in kleine stukjes en meng ze in een kom met 2 eetlepels citroensap, de likeur en de munt. Laat deze tapenade minstens een uur staan, schep af en toe om. Verwarm het sinaasappelsap met de balsamico– azijn, kaneel en appelstroop in een steelpan tot het een licht stroperige saus wordt. Keer de panna cottavisjes op borden. Druppel de saus eromheen. Schep de tapenade in kleine glaasjes en zet deze naast de visjes.
